Bij de meeste getroffen jongens (96%) kan de verstandelijke beperking worden geclassificeerd als ernstig.
Bij de geboorte zijn de kinderen meestal slap en vooral in de eerste 6-9 maanden valt op dat de ontwikkeling vertraagd is. De “motorische mijlpalen”, zoals zitten of kruipen, zijn vertraagd. Enkele kinderen zullen nooit kruipen, en die kinderen die uiteindelijk kunnen lopen, beginnen hiermee vaak pas laat in de kindertijd. De meesten blijven in de luiers, maar af en toe, met intensieve training, kan een zekere mate van darm-en blaascontrole worden bereikt. Veel kinderen zullen leren drinken uit een kop of beker en eten met de vingers of met gebruik van een lepel of vork.
De manier van communiceren varieert. Er zijn jongens die de gesproken taal enigszins beheersen, anderen communiceren met behulp van gebaren, verwijzers (zoals picto’s of foto’s), klanken, wijzen of lichaamstaal of een combinatie van deze manieren.
Het begripsniveau van de jongens varieert afhankelijk van de mate van de verstandelijke beperking.